zondag 28 december 2014

De Zondvloed: Goddelijke genocide op grote schaal


De Voortijd.

Er stond ook nog een boom van Eeuwig Leven in die paradijselijke tuin. Daar moest dat eerste mensenpaar maar niet van eten want dan zouden ze niet alleen slecht zijn maar ook  nog eens eeuwig slecht. Dus werden Adam en Eva het paradijs uitgebonjourd. En God plaatste twee bewakers bij de ingang, die heetten "cherubs" en een heen en weer flitsend, vlammend zwaard. Dat waagde je niet om daar langs naar binnen te glippen.

Mijn broeders hoeder
Voordat God zijn plan om de mensen weer met zich te verzoenen in werking stelde, ging het er met het eerste mensen echtpaar niet echt op vooruit. Adam en Eva kregen eerst twee zonen, Kaïn en Abel. Omdat Kaïn dacht dat God Abel hoger achtte dan  hemzelf, maakte hij Abel maar een kopje kleiner. Toen vroeg God hem: “Kaïn, waar is je broertje Abel?”. Hierop antwoordde Kaïn met een gezegde dat wij ook nog wel gebruiken: “Hoe kan ik dat weten, ben ik soms mijn broeders hoeder?”.


Kruimeltje: broeders hoeder:  REP(Rick Engelkes Productie)

Als straf wordt hij het land uitgestuurd en tot zwerven veroordeeld. Zijn grote angst is dat iemand uit de streken waar hij terecht zal komen hem zal willen doden in. Dat is interessant want waar komen die andere mensen dan ineens vandaan?  Had God ergens anders ook nog maar wat mensen geschapen en hadden die toevallig ook allemaal gezondigd?? Als gelovige moet je dat soort raadsels maar gewoon aan God over laten en er niet teveel over nadenken. In ieder geval, het kwam wel goed uit, want zo kon Kain ook nog een vrouw bemachtigen en kinderen voortbrengen.

Adam en Eva kregen ook nog een nakomertje om Abel te vervangen , Seth, heette hij. Waar hij zijn vrouw vandaan haalde is onduidelijk. Adam en Eva hadden ook nog wel wat dochters en wellicht  is hij maar met een van hen getrouwd. De generaties waren nog maar net begonnen, met inteelt zou het dan nog wel wat meevallen, moeten ze gedacht hebben.

‘tJa het is eigenlijk best een leuk verhaal  en staat wat dichter bij ons dan de vergelijkbare scheppingsverhalen, zoals de Enoema Elisj, het Babylonische scheppingsverhaal, dat veel met het Genesis verhaal vergeleken wordt. Hierin en in andere scheppingsverhalen gaat het vaak om elkaar bevechtende goden. Daar kunnen we wat minder mee dan een enkele God en schepselen die alles behalve perfect zijn (wat meer zoals wij!). Hoe mooi ook, het blijft een primitief verhaal, staat haaks op de inzichten van de wetenschap over het ontstaan van de aarde en wat er zich op voortbeweegt. Het is dan ook best een knelpunt voor nadenkende gelovigen.  Het heerlijk primitieve maar wel boeiende verhaal houdt hier ook niet op.
Reuzenbaby's

Het werden oude knarren in die tijd, Adam vierde z’n 960ste verjaardag nog en een van zijn achterkleinkinderen, Methuselach, werd nog 6 jaar ouden, 969 jaar. Hij  wordt ook wel Metusalem genoemd, en geen wonder dat mensen van kranige oudjes nu nog zeggen: “Die is zo oud als Metusalem!”. De mannen werden niet alleen oud, hun dochters zeer schoon. Zo schoon zelfs dat “de zonen van God” zich niet konden beheersen en naar believen maar zo´n dochter tot vrouw namen. Want God had kennelijk vergeten ook wat “dochters van God” voort te brengen en ja wat wil je dan, ... die goddelijke jongens willen ook wel eens wat.  En wat daar uit voortkwam waren .....reuzen!!  Ja, ja! Wat ik niet eerlijk vind is dat de aardse  mensen de schuld kregen van het vergrijp  van de godenzonen. Je hoort dat ook wel eens uit andere (sub)culturen dat een aangerande vrouw moet boeten voor het gebeuren alsof het haar schuld was, maar bij God zou je dat toch niet verwachten. Gelovigen denken meestal dat die zonen van God, geen echte zonen waren, maar niet meer dan engelen. Het zal je maar overkomen dat je dochter met een engel van een schoonzoon trouwt en je kleinkind zo groot is dat hij bij de geboorte al niet meer in de wieg past....



Genesis 6:

1 Toen de mensen zich op de aarde begonnen te vermenigvuldigen en hun dochters geboren werden, 2 zagen de zonen Gods, dat de dochters der mensen schoon waren, en zij namen zich daaruit vrouwen, wie zij maar verkozen. 3 En de HERE zeide: Mijn Geest zal niet altoos in de mens blijven, nu zij zich misgaan hebben; hij is vlees; zijn dagen zullen honderd twintig jaar zijn. 4 De reuzen waren in die dagen op de aarde, en ook daarna, toen de zonen Gods tot de dochters der mensen kwamen, en zij hun (kinderen) baarden; dit zijn de geweldigen uit de voortijd, mannen van naam.

Nou hebben archeologen wel dinosaurussen en andere reuze dieren opgegraven, maar over botten van reuze mensen heb ik ze nog niet gehoord. Het zou kunnen dat die allemaal in de oceaan weggespoeld zijn  want daar ging me toch een overstroming komen.

De zondvloed en de ark van Noach.

 
Er komen stromen van regen (sorry, zegen),


Massale koor- en samenzang vanuit de Nieuwe Kerk te Middelburg. Uitgezonden op 18 april 2009
 

Er komen stromen van zegen,
dat heeft Gods woord ons beloofd;
stromen verkwikkend als regen,
vloeien tot elk die gelooft.

Stromen van zegen,
komen als stortregens neer.
Nu vallen druppels reeds neder;
zend ons die stromen, o Heer.

Er komen stromen van zegen
- heerlijk verkwikkend zal 't zijn -
op de valleien en bergen
zal er nieuw leven dan zijn.

Stromen van zegen,
komen als stortregens neer.
Nu vallen druppels reeds neder;
zend ons die stromen, o Heer.
Vertaling B.D. Dykstra

 

Een van de laatste oude knarren heette Noach en hij was de enige waar God (ook wel HEER genoemd) nog iets goeds in zag. De rest waren gewoon uitermate slecht en konden net zo goed van de aardbodem weggevaagd worden. Hun kinderen ook en zelfs de baby's lagen wellicht al te vloeken in hun wieg.  Weg ermee, dacht God en toen bedacht hij een effectieve genocidale methode: een zondvloed, een overstroming die de hele aarde zou gaan bedekken. Dan ging alles vanzelf wel dood!!

Genesis 6,5-9,29

Noach

5 De HEER zag dat alle mensen op aarde slecht waren: alles wat ze uitdachten was steeds even slecht. 6 Hij kreeg er spijt van dat hij mensen had gemaakt en voelde zich diep gekwetst. 7 Ik zal de mensen die ik geschapen heb van de aarde wegvagen, dacht hij, en met de mensen ook het vee, de kruipende dieren en de vogels, want ik heb er spijt van dat ik ze heb gemaakt. 8 Alleen Noach vond bij de HEER genade.

9 Dit is de geschiedenis van Noach en zijn nakomelingen. Noach was een rechtschapen man; hij was in zijn tijd de enige die een voorbeeldig leven leidde, in nauwe verbondenheid met God. 10 Hij had drie zonen: Sem, Cham en Jafet.

11 In Noachs tijd was de aarde in Gods ogen verdorven en vol onrecht. 12 Toen God zag dat de aarde door en door slecht was, dat iedereen een verderfelijk leven leidde, 13 zei hij tegen Noach: ‘Ik heb besloten een einde te maken aan het leven van alle mensen, want door hen is de aarde vol onrecht. Ik ga hen vernietigen, en de aarde erbij.

Maar goed, God kon z'n vriendje Noach natuurlijk niet mee laten verdrinken. Daar was wel een oplossing voor, een ark, d.w.z. een heel grote boot:



14 Maak jij nu een ark van pijnboomhout. Maak daar verschillende ruimten in, en bestrijk hem vanbinnen en vanbuiten met pek. 15 Maak hem driehonderd el lang, vijftig el breed en dertig el hoog. 16 Je moet er een lichtopening in aanbrengen en aan de bovenkant één el openlaten; de ingang moet je in de zijkant maken. De ark moet een benedenverdieping krijgen en daarboven nog twee verdiepingen.



Uitgaande van een el van 45 cm was de ark135 meter lang bij 22 meter breed bij 13 meter hoog. De maatverhoudingen van de ark volgens Genesis zijn opmerkelijk modern: 30:5:3. Dit is een zeer stabiele vorm voor een schip,
mammoettankers hebben ook deze verhoudingen. Deze schepen danken hun stabiliteit echter aan de motorische aandrijving. Een schip zonder aandrijving in deze verhoudingen zou juist erg instabiel zijn.

En dan krijgt Noach te horen wat het plan is:



17 Ik laat een grote vloed over de aarde komen, een watermassa die haar zal overspoelen, om alles onder de hemel waarin levensadem is te vernietigen; alles op aarde zal omkomen. 18 Maar met jou zal ik een verbond sluiten. Jij moet de ark in gaan, samen met je zonen, je vrouw en de vrouwen van je zonen. 19 En van alle dieren moet je er twee in de ark brengen, om ervoor te zorgen dat die met jou in leven blijven. Een mannetje en een wijfje moeten het zijn. 20 Van alle soorten vogels, van alle soorten vee en van alles wat op de aardbodem rondkruipt, zullen er twee naar je toe komen; die zullen in leven blijven. 21 Leg ook een voorraad aan van alles wat eetbaar is, zodat jullie allemaal te eten hebben.’ 22 Noach deed dit; hij deed alles zoals God het hem had opgedragen.


Noach was ook niet gek en deed dus precies wat God hem bevolen had. Hij werd wel uitgelachen door z'n buren, maar dat kon hem weinig schelen.

Genesis 7
 
1 Toen zei de HEER tegen Noach: ‘Ga de ark in, samen met je hele gezin, want ik heb gezien dat jij als enige van deze generatie rechtschapen bent. 2 Van alle reine dieren moet je zeven mannetjes en hun wijfjes meenemen, van de onreine dieren moet je er twee meenemen, een mannetje en zijn wijfje, 3 en van de vogels weer zeven mannetjes en wijfjes, om hun voortbestaan op aarde veilig te stellen. 4 Want over zeven dagen zal ik het veertig dagen en veertig nachten op de aarde laten regenen; dan zal ik alles wat er bestaat van de aardbodem wegvagen, alles wat ik heb gemaakt.’ 5 Noach deed alles zoals de HEER het hem had opgedragen.

Dat moet wel een prachtig gezicht geweest zijn, dinosaurussen samen met muizen lekker stampend over de gangplank naar binnen. God kwam er later pas achter dat de vissen en de watervogels de dans leken te ontspringen. Hmm, die waren zeker zo slecht nog niet. En toen kwam de vloed:

  10 Toen de zeven dagen voorbij waren, kwam het water van de vloed over de aarde. 11 In het zeshonderdste jaar van Noachs leven, op de zeventiende dag van de tweede maand, braken alle bronnen van de machtige oervloed open en werden de sluizen van de hemel opengezet. .
 
17 De vloed overstroomde de aarde veertig dagen lang. Het water steeg en de ark werd opgetild, zodat hij van de aarde loskwam. 18 Het water op aarde nam steeds maar toe, hoger en hoger steeg het, en de ark dreef op het water. 19 Het water bleef voortdurend toenemen, zelfs de hoogste bergen kwamen onder te staan. 20 Tot vijftien el daarboven reikte het water, de bergen stonden helemaal onder. 21 Alles wat op aarde leefde kwam om, alles wat er rondwemelde: vogels, vee, wilde dieren, en ook alle mensen. 22 Alles wat op het land leefde en ademde vond de dood. 23 Alles wat op aarde bestond werd weggevaagd: de mensen, het vee, de kruipende dieren en de vogels, ze werden van de aarde weggevaagd. Alleen Noach bleef over, met alles wat bij hem in de ark was. 24 Honderdvijftig dagen lang was de aarde helemaal met water bedekt. 

Terwijl God's vriendjes en God's dieren gezellig in die boot zaten, was het buiten hel. Moeders die op het dak van hun huis klommen met hun baby's aan de borst en de grotere kinderen optrokken naar een even nog droge plek. Mannen die met hun kind op de rug in bomen klommen om aan het stijgende water te ontkomen. En dan op het laatste moment als er geen plek meer is om te ontsnappen zien ze hun kinderen gorgelend sterven. Hebben ze nog een laatste vloek uitgesproken of nog een poging gedaan om te bidden: "HEER, ik vergeef het U want U heeft geen idee wat U heeft gedaan!"
 

Genesis 8

1 Toen dacht God weer aan Noach en aan alle wilde dieren en het vee bij hem in de ark. Op zijn bevel begon er een wind over de aarde te waaien, waardoor het water afnam. 2 De bronnen van de oervloed en de sluizen van de hemel werden gesloten, zodat het ophield met regenen. 3 Geleidelijk vloeide het water weg van de aarde; na honderdvijftig dagen begon het te zakken. 4 Op de zeventiende dag van de zevende maand liep de ark vast op het Araratgebergte. 5 Het water zakte voortdurend verder, en op de eerste dag van de tiende maand werden de toppen van de bergen zichtbaar.
 
Noach laat dan eerst een raaf wegvliegen om te zien of er al ergens vegetatie te vinden was en daarna twee keer een duif. De tweede keer komt de duif terug met een olijventak in zijn snavel. De boot blijft dan ook al spoedig op het droge steken.
 

15 Toen zei God tegen Noach: 16 ‘Ga de ark uit, samen met je vrouw, je zonen en de vrouwen van je zonen. 17 Laat ook alle dieren die bij je zijn naar buiten gaan: vogels, vee en alles wat op de aarde rondkruipt. Ze moeten weer vruchtbaar zijn en talrijk worden en de aarde bevolken.’ 18 Hierop ging Noach naar buiten, samen met zijn zonen, zijn vrouw en de vrouwen van zijn zonen. 19 Ook alle dieren gingen de ark uit, soort bij soort, alle vogels, en alles wat op de aarde rondkruipt.

20 Noach bouwde een altaar voor de HEER; daarop bracht hij brandoffers van al het reine vee en alle reine vogels. 21 De geur van de offers behaagde de HEER, en hij zei bij zichzelf: Nooit weer zal ik de aarde vervloeken vanwege de mens, want alles wat de mens uitdenkt, van zijn jeugd af aan, is nu eenmaal slecht. Nooit weer zal ik alles wat leeft doden, zoals ik nu heb gedaan. 22 Zolang de aarde bestaat, zal er een tijd zijn om te zaaien en een tijd om te oogsten, zal er koude zijn en hitte, zomer en winter, dag en nacht – nooit komt daar een einde aan.

Er zat niks anders op voor de kleinkinderen van Noach om maar met elkaar te trouwen, nood breekt nu eenmaal wet. Neef en nicht vrijt licht hebben ze wel moeten denken. Wat nu wel duidelijk was geworden is, dat je God kunt behagen, Hem weer een beetje tot vriend kunt maken,  door hem offers te brengen, maar wel van reine dieren. En uiteindelijk zou dat ook niet goed genoeg zijn, want de dood van reine dieren zou nooit voor de zonde van al ons mensen kunnen volstaan, daarvoor was een veel groter, reiner offer nodig. En dat offer was God aan het voorbereiden, het offer van zijn eigen volledig reine zoon, Jezus Christus. De redding die dan geboden zou worden was ook als een Ark, nu met Jezus aan het roer:'

 
Scheepje onder Jezus hoede - Mannenzanggroep Sion  
 't Scheepke onder Jezus' hoede,
 
't Scheepke onder Jezus' hoede,
met de kruisvlag hoog in top,
neemt als arke der verlossing
allen, die in nood zijn, op.
KOOR:
Al staat de zee ook hol en hoog
En zweept de storm ons voort,
wij hebben 's Vaders Zoon aan boord
en 't veilig strand voor oog.
 
 Maar de Arke der Verlossing moest nog wel even wachten.
Al direct nadat het Christendom was ontstaan gingen er al stemmen op dat zo'n wrede, wraakzuchtige god, niet de vader kon zijn van Jezus Christus. Een van de bekendste was  Marcion (85-160) die leerde dat de schepper god (en de god van het Oude Testament) een inferieure god was geweest en dat er een hogere God was die Zijn zoon naar de aarde stuurde.  Marcion was ook de eerste van wie we weten dat hij een bijbel had samengesteld. Die bestond alleen uit een verhaal over het leven en leren van Jezus en 10 van de brieven van Paulus. Het Oude Testament van de Joden had hij daar helemaal uit weggelaten. Zijn kerk was in grootte jarenlang vergelijkbaar met de katholieke kerk uit die tijd. Tot in de vierde eeuw horen we over "marcionieten". Toen de katholieke ideeën de overhand kregen werden de werken van Marcion vernietigd, zodat we nu alleen nog maar iets over hem weten via zijn tegenstanders en wat die uit zijn werk aanhaalden. Op deze manier weten we ook dat Apelles, een leerling van Marcion, zei niet te geloven dat alle dieren ooit in de ark gepast zouden hebben. Moderne kinderen van God zullen zeggen dat het ging om paren van iedere soort, bijv. "canidae" (hondachtigen) waar zowel wolven als honden onder vallen. Ze laten zo toch een beetje evolutie toe in hun ideeën.
Er zijn nog altijd mensen die denken dat de resten van de ark ergens in het oosten van Turkije te vinden zijn en er worden expedities georganiseerd om hier naar te zoeken.

Volgende bericht:  De toren van Babel

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Geef je eigen mening hier: